Een brief van een mantelzorgster

Carine Gillissen is mantelzorgster van haar broer die in een woonzorgcentrum verblijft. Deze bizarre tijden roepen heel wat emoties en rondspokende gedachten bij haar op. In haar zoektocht naar een manier om rust te vinden schreef ze het allemaal van zich af. Het resultaat daarvan is onderstaande brief.

24 maart 2020, 7.06u.

De verduistering aan de vensters zijn al open, de zon piept binnen. Klaar om de nieuwe dag te beginnen.

Radio 2 Limburg houdt me gezelschap. Nog steeds hetzelfde onderwerp. Het virus, het stijgend aantal besmettingen, het aantal dodelijke slachtoffers, het thuiswerken, de maatregelen. Mensen kunnen niet genoeg geïnformeerd worden maar vooral herinnerd worden aan de maatregelen die nog altijd van kracht zijn. Té lang hebben sommige landgenoten de impact onderschat. Werden regels niet door iedereen op tijd gerespecteerd. Niet enkel de gewone burger of jongeren maar ook mensen in voorbeeldfuncties en hun familieleden. Met de woorden ‘politici’ zijn mensen die ook fouten kunnen maken, kwamen er excuses in dagbladen. Maar het is gebeurd.

Wetenschappers roepen al weken op om ‘social distance’, geen handen geven, een goede handhygiëne aan te nemen, geen knuffels te geven, … .

Een oproep die, ondanks herhalingen, niet voor iedereen voldoende was om de maatregelen te respecteren.

Ondertussen doet de politie wat nodig is. Overtreders beboeten. De criminaliteit daalt, maar ze hebben ander werk. Veel mensen in de zorgsector, werknemers in voedingswinkels, mensen met taken die niet toelaten om te telewerken, radiomakers, huisvuilophalers, apothekers, postbodes, werknemers die pakketten bezorgen door het veel online shoppen, … zien de werkdruk stijgen.

Veel mensen blijven nog steeds op post, al of niet in de vuurlinie maar met evenveel angst en onzekerheid. Verplegend personeel maakt zonder mopperen overuren om dan, na hun dagtaak, winkels binnen te komen met enkel lege rekken. Hamsteraars die ervoor zorgen dat net deze mensen de voor hun zo noodzakelijke voedingswaren op het einde van hun werkdag niet kunnen aankopen.

Moeten we niet meer dankbaar zijn dat we thuis kunnen blijven, thuis kunnen werken, ook al is het in een totaal andere context dan we tot nu toe gewoon zijn?

Denken degene die niet in die gevarenzone werken in deze bizarre periode aan de mensen in de zorgsector? Zijn we genoeg solidair door witte doeken buiten te hangen, elke avond applaus te geven vanop een balkon, het openstaand venster?

Respect is niet alleen witte doeken buiten hangen, elke avond applaudisseren. Respect is verdraagzaamheid, begrip, solidariteit, elke dag van een jaar, 365 dagen, dag na dag, uur na uur. In tijden van crisis is het belangrijk dat er nog meer aandacht aan die verzorgers gegeven wordt.

Solidariteit is niet enkel grote acties opzetten in tijden van crisis, in de warmste week van het jaar.

Solidariteit is zoveel meer.

Solidariteit zit in zoveel kleine dingen.

Elke ochtend bij het ontwaken dankbaar zijn voor de nieuwe dag.
Elkaar goedemorgen zeggen, elkaar ‘omarmen en verwarmen’.
Het kan ook zonder fysiek contact.
Een voorbijganger, een buur, een collega, mensen die je pad kruisen begroeten met een lach.
Verdraagzaam zijn, ook naar mensen wiens mening je niet deelt.
Elk ander mens waarderen, respect tonen voor je medemens.

Regels respecteren, zelfs als je ze ‘overdreven’ vindt.
Luisteren naar elkaar, maar ook kijken vanuit je hart.
Het verstand niet laten primeren niet onmiddellijk oordelen en veroordelen.
Elkaar toelaten om ‘jezelf’ te mogen zijn.
Niet alles maar ‘als vanzelfsprekend’ beschouwen.
Elke dag even stilstaan, even tevreden terugkijken naar de dag die voorbij is.
Niet altijd druk bezig zijn met wat we morgen zullen doen, waar onze vakantie zal doorgaan, wat ik morgen …
Integendeel, een beetje meer vandaag.

Genieten van de zon, de regen, de wind, van de natuur die ontwaakt na de koude wintermaanden, maar ook van de natuur die in rustmodes gaat na drukke zomermaanden.

Van de glimlach van een kind, van de babbel met een buur.
Maar ook van het geluid van spelende kinderen.
Van muziek die speelt op de achtergrond.
Van zalig niets doen, elkaar toestaan om gewoonweg even lui te zijn.

De ander tijd geven om stil te zijn.
Jezelf rust te gunnen.
Niet enkel met je verstand, te zoeken naar meer.
Luister naar je buikgevoel en laat het ‘spreken’.
Laat het toe om mee te beslissen.

Help elkaar, zorg voor elkaar.
Niet alleen in moeilijke momenten, na aanslagen van terreur, bij de uitbraak van een virus, maar ook alle andere dagen van een jaar.
Zo maken we met een klein gebaar.
Het leven makkelijker, aangenamer en vredevol, niet enkel voor elkaar, maar ook voor onszelf.